Het toenemende tekort aan bedrijfsartsen dreigt een ernstige crisis te veroorzaken voor
werkend Nederland. Met een recordverzuim van 5,6 procent in 2022 en een schadelast van
ruim 42 miljard euro voor werkgevers, zijn de gevolgen al pijnlijk zichtbaar. Het gebrek aan
professionele begeleiding en preventieve maatregelen op de werkvloer bemoeilijken de
situatie nog verder. Helaas wijst het Capaciteitsplan 2024-2027 van het Capaciteitsorgaan op
een zorgwekkende tendens: de instroom van bedrijfsartsen loopt flink achter bij de
benodigde vraag, waardoor het tekort aan bedrijfsartsen alleen maar toeneemt. Een
bijkomend probleem is het gebrek aan praktijkopleiders, wat de situatie nog verder
compliceert.
De Onzichtbare Kostprijs voor Werkgevers
Het hoge verzuimpercentage in 2022 veroorzaakte een miljardenstrop van ruim 42 miljard
euro voor werkgevers. Een verzuimende medewerker kost een werkgever gemiddeld €400,-
per dag, wat bestaat uit loonkosten, niet-gefactureerde omzet, werk dat blijft liggen en
kosten voor het inhuren van uitzendkrachten. Naast financiële schade zorgt de toenemende
werkdruk bij collega’s en in sommige gevallen zelfs tijdelijke sluitingen van bedrijven. Het
huidige tekort aan bedrijfsartsen bemoeilijkt effectieve begeleiding en preventie, waardoor
het verzuim verder oploopt en Werkend Nederland te maken krijgt met ernstige gevolgen.
Verstikkend Tekort aan Bedrijfsartsen
Het huidige tekort aan bedrijfsartsen is verstrekkend en heeft diepgaande gevolgen voor
Werkend Nederland. Met een verzuimpercentage van 5,6 procent in 2022 werd een
ongekende schadelast van ruim 42 miljard euro veroorzaakt voor werkgevers. Dit omvatte
niet alleen loonkosten bij ziekte, maar ook niet gefactureerde omzet, vertraging van
werkzaamheden, en de noodzaak om uitzendkrachten in te huren. Het gebrek aan
bedrijfsartsen zorgt voor langdurige begeleidingstrajecten voor zieke werknemers, wat het
verzuim verlengt en de druk op collega’s verhoogt. Bovendien wordt de implementatie van
preventieve maatregelen op de werkvloer bemoeilijkt, wat het welzijn en de productiviteit van
werknemers verder ondermijnt.
Uitstroom Overschrijdt Instroom
Het Capaciteitsplan 2024-2027 van het Capaciteitsorgaan benadrukt een alarmerend feit: de
uitstroom van bedrijfsartsen overtreft de instroom, waardoor de balans ver te zoeken is.
Hoewel de instroom van bedrijfsartsen licht stijgt, is deze bij lange na niet voldoende om aan
de benodigde vraag te voldoen. In 2021 waren er slechts 92 bedrijfsartsen die aan de
vervolgopleiding begonnen, terwijl er een benodigde instroom van 258 was geraamd voor
2022. Hierdoor ontstaat een steeds groter gat tussen de behoefte aan bedrijfsartsen en het
beschikbare aantal. Het gevolg hiervan is dat arbodiensten niet kunnen voldoen aan de
noodzakelijke dienstverlening, met als gevolg opzegging van contracten en een neerwaartse
spiraal.
Tekort aan Praktijkopleiders
Naast het tekort aan bedrijfsartsen vormt ook het gebrek aan praktijkopleiders een groot
probleem. Het verwachte vertrek van 66% van de vrouwelijke bedrijfsartsen en 78% van de
mannelijke bedrijfsartsen na 10 jaar vergroot het tekort aan zowel bedrijfsartsen als
praktijkopleiders. Dit betekent dat er niet genoeg ervaren professionals zijn om nieuwe
bedrijfsartsen op te leiden, wat de situatie nog ingewikkelder maakt. Het Capaciteitsorgaan
benadrukt dat “niet structureel gefinancierde sociaal geneeskundige opleidingen grote en
vaak niet meer op normale wijze op te lossen capaciteitsproblemen” hebben. Het gebrek aan
praktijkopleiders vertraagt niet alleen de instroom van nieuwe bedrijfsartsen, maar heeft ook
een negatieve invloed op de kwaliteit van opleidingen en dienstverlening.
Conclusie van het tekort aan bedrijfsartsen
Het tekort aan bedrijfsartsen en het gebrek aan praktijkopleiders vormen een groeiende crisis
voor Werkend Nederland. Het recordverzuim en de miljardenstrop voor werkgevers zijn
slechts het topje van de ijsberg. Het toenemende tekort aan bedrijfsartsen leidt tot
verstikkende gevolgen, waarbij de behoefte aan professionele begeleiding en preventieve
maatregelen niet wordt vervuld. De uitstroom van bedrijfsartsen overtreft de instroom, wat
de balans ver te zoeken maakt. Het gebrek aan praktijkopleiders vertraagt de instroom van
nieuwe bedrijfsartsen en heeft een negatieve invloed op de kwaliteit van de zorg.
Deze crisis vraagt om innovatieve oplossingen en mogelijk een heroverweging van de
traditionele rol van de bedrijfsarts. Werkgevers kunnen wellicht baat hebben bij het omarmen
van nieuwe benaderingen, waarbij de bedrijfsarts niet altijd centraal staat, maar eerder als
onderdeel van een multidisciplinair team fungeert. Hierbij kunnen praktijkondersteuners en
andere zorgprofessionals een actievere rol spelen bij de begeleiding en preventie van
verzuim. Het gebruik van digitale gezondheidsdiensten en technologie kan ook bijdragen aan
het efficiënter monitoren en ondersteunen van werknemers.
Bovendien kunnen wetveranderingen en beleidsaanpassingen nodig zijn om de situatie te
verbeteren. Een meer structurele financiering van sociaal geneeskundige opleidingen kan het
tekort aan praktijkopleiders helpen verminderen en de instroom van nieuwe bedrijfsartsen
stimuleren. Daarnaast is het van belang dat het ministerie samen met de brancheorganisaties
werkt aan een gezamenlijke visie op arbeidsgezondheid en preventie, met de bedrijfsarts als
essentiële partner. Een integrale aanpak met ruimte voor vernieuwing en flexibiliteit is nodig
om Werkend Nederland te behoeden voor de impact van het dreigende tekort aan
bedrijfsartsen en om te streven naar een duurzame en gezonde werkcultuur.
Geschreven door: Raz Baban, student Geneeskunde en coassistent bij Mepros.